Geschiedenis

Verwaarloosd graf

Grafsteen Havank

De Leeuwarder Courant van 28 juli 1994 maakte gewag van de deerlijk verwaarloosde staat van onderhoud van het toen dertig jaar oude grafmonument van de schrijver Hendrikus Frederikus van der Kallen (1904-1964), beter bekend als Havank.

Piet Oosterhuis, voorzitter van 1994 t/m 1999 in het stichtingsbestuur, zoekt contact met de schrijver van het stuk en in overleg werd besloten om via een krantenartikel stelling te nemen tegen het –mogelijk– teloorgaan van dit grafmonument. Het artikel werd geplaatst zaterdag 13 augustus 1994, met als uitroep: Er moet een stichting komen, naar Havank vernoemd, een Stichting Mateor. Deze stichting zou zich in elk geval bezig moeten houden met de zorg voor het grafmonument.

Reacties

Het artikel leverde een duidelijk aantal reacties op: Een aantal mensen zegde toe zitting te willen nemen in een oprichtingsbestuur, een aantal andere zegde materiële en/of financiële steun toe, of diensten (om het graf voor een vriendenprijsje op te knappen), en een notaris wilde de acte van een eventueel op te richten stichting om niet doen passeren.

In het najaar 1994 werd in een aantal besprekingen vastgesteld:

  • het gevoelen dat Havank onverdiend in vergetelheid was geraakt, en
  • dat alleen maar zorg voor het graf een wat smalle doelstelling zou zijn.

Oprichting en doelstellingen

Van het aanbod van de notaris is gebruik gemaakt, en op 9 november 1994 werd de oprichtingsacte gepasseerd van de stichting, die haar naam ontleent aan één van Havanks werken (De N.V. MATEOR, "Maatschappij Tot Exploitatie van Onroerende en Roerende goederen"), en daarbij werd de doelstelling van de Stichting Mateor geformuleerd als

... bevorderen van de studie en de bekendheid van het leven, de persoon en het werk van de schrijver Hendrikus Frederikus van der Kallen (1904-1964), alias Havank, in de breedste zin.

 

Een van de afgeleide doelstellingen werd de zorg voor het grafmonument.

De Stichting tracht een en ander te bereiken door:

  • het verwerven van materiële zaken de schrijver toebehoord hebbend;
  • het gevraagd en ongevraagd vestigen van aandacht op de schrijver, diens leven en werk;
  • het stimuleren van studies;
  • het verzorgen van lezingen;
  • het verzorgen van tentoonstellingen;
  • het steunen en/of oprichten van verzamel- en ruilclubs;
  • het organiseren van studiereizen;
  • het werven van fondsen.